De mentoren van Minnelli

Liza Minnelli was de superster van de jaren 70, bewijst de documentaire 'Liza Minnelli – A truly terrific absolutely true story'. Maar hoe wordt een icoon gevormd? Hier enkele mentoren van Minnelli.

Haar ouders

Het begint bij de ouders van de op 12 maart 1946 geboren Liza May Minnelli. Moeder Judy Garland werd een ster dankzij The Wizard of Oz (1939), vader Vincente Minnelli was filmregisseur (hij won Oscars voor An American in Paris en Gigi). “Mama gaf me mijn doorzettingsvermogen en papa gaf me mijn dromen”, zegt ze daar zelf over. De genetische invloed lijkt zelfs al veel eerder bepaald. “Ik heb het uitgezocht: mijn familie zit sinds de achttiende eeuw in de showbizz. Dus ik ben als een racepaard gefokt.”

Kander & Ebb

Niet van plan om te teren op haar moeders nummers (“Die zijn al gezongen”) klopte Minnelli aan bij liedjesschrijversduo John Kander en Fred Ebb. Prompt kwamen ze met haar signatuursong ‘Liza with a Z’. Het duo schreef vele hits voor haar. ‘New York, New York’ mag door Frank Sinatra zijn ‘gestolen’, het was toch echt Liza (met een Z) die het als eerste opnam. “Het fijne van schrijven voor Liza is dat je niet hoeft te schrijven voor Liza. Ze kan namelijk alles zingen. Ze zal alles wat je schrijft zo exact vertolken als jij het hebt bedoeld”, vertelt Kander.

Bob Fosse

Regisseur en choreograaf Bob Fosse was een perfectionist. “De grootste les van werken met Bob was dat je nooit moest denken dat het onmogelijk was wat hij vroeg. Als hij zei dat je iets moest doen, dan vond je een manier om het te doen. Ongeacht hoeveel pijn het deed. Bob wist zelfs mijn scoliose (een verkromming van de wervelkolom) te gebruiken in de dansroutines.” Het afbeulen had effect: de film Cabaret won acht Oscars, waaronder een voor hoofdrolspeelster Minnelli.