TrosKompas

imagee9e1_e9e096d6-3164-47f6-8ddd-6f0cc357247b.jpg

Maria (2025)

Na een biografie over Jackie Kennedy en prinses Diana, komt regisseur Pablo Larraín met nog een film over een beroemde vrouw. Angelina Jolie speelt operaster Maria Callas, in de laatste dagen van haar leven.

De biografische films van de Chileen Pablo Larraín vertellen geen rechttoe rechtaan levensverhalen. ‘Maria’ begint met de dood van de operaster Maria Callas en laat dan de week zien die daaraan voorafging. Die zeven dagen worden verteld via visioenen en herinneringen van de zangeres. Wat precies echt is en wat niet, blijft soms in het midden. Callas slikt medicijnen alsof het snoepjes zijn en ziet dingen die er niet zijn, zoals een jonge inter- viewer die zichzelf Mandrax noemt, de naam van een van haar slaapmiddelen. Geen wonder dat haar lieve butler en huishoudster bezorgd zijn om La Callas. Maar al is de gezondheid van de voormalige diva tanende, ze is nog steeds niet op haar mondje gevallen en regisseert zo veel mogelijk haar eigen leven.

Herkend worden
Terwijl ze haar aftakelende stem test in een prachtig theater in Parijs, zien we flarden van haar armoedige en tragische jeugd waarin ze mannen moest plezieren. We zien ook de relatie met zakenman Aristoteles Onassis. Hij ziet vrouwen als trofeeën en zet haar later doodleuk aan de kant voor Jackie Kennedy. Nu is Callas alweer jaren alleen en zingt ze niet meer. Toch heeft ze de aandacht nog nodig. Zo gaat ze bijvoorbeeld naar een café in de hoop herkend te worden. Angelina Jolie speelt de rol van La Callas erg goed en schetst een bitterzoet portret van een operadiva die haar lief en leed herbeleeft via haar zang. Bijzonder is dat Angelina Jolie deels zelf zingt. De actrice had zeven maanden les om dat voor elkaar te krijgen, en in de film horen we haar echt zingen, gemengd met de stem van Callas.