Wild zwijn

Het woord ‘mast’ kent u vermoedelijk alleen uit de scheepvaart, maar het wordt ook gebruikt voor varkensvoer: eikels en beukennootjes. Afhankelijk van droogte of juist neerslag, veel of weinig zon, warm of koud weer verschilt per jaar de hoeveelheid mast. Het weer levert veel of weinig, grote of kleine eikels op. Veel eikels betekent veel voedsel voor wilde zwijnen; gecombineerd met een zachte winter komen zeugen gezond die donkere maanden door. Dat leidt weer tot grote worpen biggen, die allemaal ook voldoende moedermelk krijgen. Afgelopen winter hadden we zo’n periode en dus zijn er momenteel grote aantallen jonge zwijnen op de Veluwe. Maar te veel dieren is niet altijd goed. In de droge zomer van vorig jaar stierven veel biggen, maar er bleef toch nog een overschot.

De wolf is terug!
Dit overschot is in de herfst gereguleerd door goed opgeleide en ervaren jagers en misschien wordt dat in de toekomst wel gedaan door de op de Veluwe gesignaleerde wolven… Dit wolvenpaar heeft namelijk drie welpen gekregen en mogelijk zelfs vijf, waarmee voor het eerst in twee eeuwen de wolf dus echt terug is. De provincie Gelderland heeft samen met schapenhouders zelfs een wolvencommissie ingesteld om de wolven goed in de gaten te houden. Wie het ook reguleert, de wolf of de mens, voor een klein en dichtbevolkt land als Nederland is het moeilijk om een echt natuurlijk evenwicht te bereiken. Daarom is het onvermijdelijk dat er soms moet worden ingegrepen.

WEETJE
Een grote populatie zwijnen is zeker met de oprukkende Afrikaanse varkenspest gevaarlijk voor de verspreiding
van deze zeer besmettelijke ziekte.

Beeld: © Getty Images