Als het gras verdwijnt
In deze tijd van het jaar lopen schapen, koeien en paarden en soms varkens nog buiten in de wei. Weilanden met eikenbomen erin kunnen gevaarlijk zijn voor deze dieren.
In de late herfst groeit het gras niet meer zo hard, wordt de wei kaal en is er onvoldoende voedsel. Eikels vallen in overvloed van de bomen en de dieren peuzelen daarvan, ondanks de zure smaak. Eikels bevatten de giftige stof tannine met een mogelijk fataal resultaat voor de dieren: buikpijn, diarree en niervergiftiging. Het is daarom wijs de beesten uit de weide te halen en bij te voeren, of de eikelgebieden af te zetten, zodat ze geen eikels meer kunnen eten.
Natuurlijk medicijn
Heel anders is dat met Portugese of Spaanse varkens. Hun ham wordt juist zo lekker doordat zij eikels eten! Zij hebben geen last van de tanninevergiftiging. Dat komt doordat deze beesten door hun herder slechts enige uren het bos worden ingestuurd. Dat is te kort om te veel tannine binnen te krijgen. Daarna genieten ze weer hun normale kost.
Wat helpt tegen een tanninevergiftiging is het eten van zogenaamde emelten - zeg maar de ‘wormfase’ van langpootmuggen. Deze diertjes zijn circa drie cm lang en grauw van kleur. Ze zien er een beetje glazig uit en hebben enorme kaken. Ze leven twee tot drie centimeter onder het oppervlak van de weide of uw gazongras. Met hun grote kaken knagen ze dag in dag uit aan de wortels van het gras, dat daardoor verdwijnt. Voor wilde zwijnen zijn deze emelten een natuurlijk medicijn. Het eiwit van de emelten neutraliseert namelijk het tanninezuur bij het eten van de eikels.